Al bijna een jaar zitten we in de corona-werkelijkheid. Waar het begon met niet mogen starten vanaf het clubhuis maar vanaf Zonnegloren, tot het trainen in steeds kleinere groepen (van max. 12, naar max. 4), zitten we nu in de werkelijkheid van geen groepstrainingen, geen clubhuis-gebruik, een avondklok. Nog los van mijn eigen zoektocht hoe om te gaan met een steeds kleiner wordende sociale fysieke wereld, was het ook even zoeken naar hoe ik als trainer contact hou met ‘de groep’. En hoe ‘de groep’ blijft bestaan nu ze maar maximaal met z’n tweeën samen mogen lopen. Eerlijk gezegd, het is me alleszins meegevallen. Whats-app doet wonderen. Het feit dat de groep zich zelf ook mist, maakt dat iedereen ook blij is met alle (onderlinge) contact en alle initiatieven. Daarom: zorgen dat de app-groep ook gebruikt wordt om elkaar te informeren, te stimuleren en het gevoel te geven ‘we zijn een groep’.

Dit is de groep

Paul en ik geven op zaterdagochtend training aan een loopgroep niveau 2. Een groep die uitgegroeid is tot zo’n 25 lopers, van 40-70 jaar (jaja!), die gemiddeld 1 à 2 per week lopen. Op testloopjes van 1 km lopen ze bijna allemaal tussen de 4,5-6min, op de duurloop (5 km of meer) lopen ze 5 tot 7,5 min/km. Mensen die het vooral ‘lekker’ vinden om buiten te zijn, om te sporten, en dat vooral ook samen willen doen. Maar ook een groep mensen die het helemaal niet vervelend vindt om op zaterdagochtend de teugels uit handen te geven en zich te laten opjutten door een trainer. Ze doen zeker niet alles, zo volgzaam zijn ze zeker niet (jullie kennen ze vast wel, wat hoger opgeleid, verbaal sterk en gelukkig ook wel hun grenzen aangevend), maar als je het op de goede manier doet en er is voldoende ruimte voor het sociale aspect tijdens de training, doen ze vaak toch meer dan ze van tevoren hadden bedacht.

Leve Whatsapp

Bovenstaande wetende heb ik dus vanaf het begin van de coronaperikelen de app systematisch gebruikt om in contact te blijven met de groep. Op vrijdagochtend of -middag informeer ik de groep dat het weer bijna zaterdag is (in tijden van lockdown is dat soms niet altijd even duidelijk, ik werk bijvoorbeeld full time vanuit huis, mijn wereldje/omgeving ziet er door de week bijna hetzelfde uit als in het weekend, dezelfde bubbel, dezelfde woon/werkkamer.) en geef ik aan dat ik vrijdagavond het trainingsprogramma van de zaterdagochtend stuur. Op zaterdagochtend maak ik ze nog eens gek met een stimulerend berichtje (over hoe fijn het toch weer is om lekker buiten te gaan hardlopen, door de natuur, etc.). En vraag ik of ze een foto willen maken van hun training. Hetgeen het hele weekend leidt tot een grote diversiteit van foto’s en strava-rondjes van lopers en groepjes lopers op diverse plekken. Ook als ze niet in Amersfoort zijn, maar een weekendje weg, wordt er vaak toch gelopen en ook teruggekoppeld.

We missen het groepsgevoel

Als trainer heb ik in eerste instantie nog veel moeite gedaan om trainingsprogramma’s mee te geven die de lopers individueel of in kleine groep konden doen (work-outs, core stability oefeningen, intervaltrainingen, zelfs heuveltraining over alle viaducten in en rondom Amersfoort), maar vaak was hilariteit de reactie (ik heb gelukkig een stevig ego). Maar ze gingen wel lopen. Toen de groepsomvang steeds kleiner werd en het steeds langer leek te duren om elkaar te ontmoeten, werd het gemis aan samen steeds duidelijker. Lopen is leuk, elkaar via de app informeren ook, maar het is toch niet samen. Als trainer heb ik daar nu op ingespeeld door binnen de regels van corona en van de club, om de week een ‘groepstraining’ uit te zetten. En dat betekent vooral ‘samen’ doen, samen komen.

Steeds een nieuwe route

Op mijn vrije vrijdagmiddag zet ik (meestal met lintjes) een route uit vanuit huis (Soesterweg in Amersfoort). Ik heb inmiddels routes uitgezet door de Bokkeduinen, Birkhoven, Soesterduinen, OLV ter Eem, langs het Belgenmonument, de polder in, langs de Eem. De lengte varieert van 8 tot 11 km. met start/finish op de stoep voor mijn huis. Ik vraag mensen om in te tekenen (via de app). Ze mogen op een tijdstip tussen 8.45 en 10.30 uur vertrekken en dat kan in twee richtingen. Het voordeel is dat ze op verschillende tijdstippen terug zijn. Ik geef ze meestal nog een opdracht of vragen mee die ze onderweg moeten zien te beantwoorden. De vragen zijn niet via Google te beantwoorden, maar moeten ter plekke worden gevonden, meestal op een informatiebord. Bijvoorbeeld wie financierde de bankjes bij het Belgenmonument, of welke dichtregels en van wie staat op de middelste bank bij Zonnegloren? Omdat de lopers elkaar onderweg tegenkomen of zien lopen geeft dit toch het gevoel samen te trainen. Onder de parasol zorg ik bij terugkomst voor koek en zopie.

Gezond verstand

Als iedereen weer weg is, ga ik mijn loopje ook doen, namelijk alle lintjes weer weghalen. En zo hebben we allemaal ons plezier weer gehad en hebben we het gevoel dat we toch weer wat samen doen. We komen de coronatijd zo wel door, maar we kijken er ook allemaal naar uit dat het weer vanuit het clubhuis kan, om binnen of buiten op het gras, tijd te hebben om samen na te praten, samen na te lachen. Overigens, deze parasol-trainingen kunnen alleen vanwege het gezonde verstand dat de lopers gebruiken en zich blijvend bewust zijn dat ze ondanks alles toch die 1,5 m afstand moeten houden en het begrip dat we dit niet met meer mensen kunnen doen. Gelukkig kan iedereen het geduld nog opbrengen. Maar…. laat die coronavrije lente maar komen.

Groet, Matt (trainer/begeleider zaterdag loopgroep, niveau 2)