De meeste blessures bij lopers gaan over benen, enkels, knieën en heupen. Soms kan een blessure bij de buikspieren ontstaan, heel vervelend. Hoe hard of langzaam je ook traint, bij iedere stap zijn je buikspieren actief. Goed getrainde buikspieren kunnen voorkomen dat je blessures krijgt aan je rug.
Je gebruikt je buikspieren vaker dan je denkt. Sterker nog, er is bijna geen beweging waarbij deze spieren niet betrokken zijn. Als dit spiersysteem niet stabiel is, gaat het lichaam dat compenseren. Daardoor wordt een ander deel, zoals de rug, extra belast. Om dit te voorkomen, kun je buikspieroefeningen gaan doen.

Buikspieren nodig
Je buikspieren gebruik je bij iedere stap. Kijk naar een hardloper en je ziet dat je bij iedere stap iets draait ten opzichte van je centrum. Je kunt een denkbeeldige as doortrekken rondom je ruggengraat. Rondom die as draai je tijdens het lopen. Het gelijkmatige lopen met afzet en landing wordt met elkaar verbonden via de spieren van je bekken, buik en rug.
Je ziet de corrigerende beweging het beste bij lopers die op hoge snelheid lopen. Vooral bij sprinters is de sixpack duidelijk aan het werk om al die krachten te combineren. De beroemde sixpack, dat zijn de duidelijk zichtbare buikspieren maar je hebt er meer. Je zet die tijdens het hardlopen allemaal in actie. Iedere hardlooppas is eigenlijk een kleine buikspieroefening.

Puur techniek
Het is goed, dat je je hardlooptraining altijd combineert met buikspieroefeningen. Een stevige hardlooppas vraagt om getrainde buikspieren. Je kunt veel verschillende oefeningen doen om die spieren te trainen. Een trainingsonderdeel, dat bij al die oefeningen het allerbelangrijkste is: techniek.
Zet je je oefeningen verkeerd in, dan kun je problemen krijgen aan je hals, nek of rug. Ga je onzorgvuldig om met buikspieroefeningen, dan betrek je al snel je rug erbij. Je belast die dan vaak kort en snel en dat leidt tot irritaties of meer. Voorkom die vervelende blessures en neem de tijd voor buikspieroefeningen. De combinatie van tijd nemen en techniek is de basis voor correcte buikspieroefeningen.

Vanuit je centrum
Werk bij buikspieroefeningen altijd vanuit je centrum. Laat je buikspieren het werk doen en voel dat duidelijk. Door de aandacht voorin te leggen voorkom je dat je onwillekeurig je rug bij de oefening betrekt. Ook al raak je vermoeid, houd je focus vast bij je centrum. De eerste paar buikspieroefeningen gaan technisch goed maar daarna verslapt de aandacht. Sporters maken dan vaak wel de serie vol maar daarin loop je meer kans op die vervelende blessures.
Om je aandacht bij je centrum te houden moet je je navel iets naar binnen te trekken. Daarmee houd je spanning op je buikspieren zodat die het werk blijven doen.
Bij buikspieroefeningen gaat het niet om snel een serie afwikkelen maar om correct bewegen. Pak die snelheid van bewegen, waarbij je technisch de volledige controle hebt over je oefening. Dat kan voor de ene hardloper heel langzaam zijn en voor de ander snel. Als je maar controle hebt en houdt.
Rechte buikspieroefeningen zijn goed om de spieren te versterken. Bij het hardlopen gebruik je je schuine buikspieren veel om de draai om de as te corrigeren. Je kunt dan ook rechte en schuine buikspieroefeningen meenemen in je trainingsschema.
Buikspieroefeningen hoeven niet veel tijd te kosten. Vooral als je de oefeningen beperkt tot enkele sets. Je kunt de oefeningen goed doen op de dagen dat je geen hardlooptraining hebt staan.

Veel plezier met de trainingen en geef die buikspieren in de komende maanden wat extra aandacht.
push_up
Uit de serie loopgeleerdheid, door Ruud van den Eshof