Hardlopen is op het oog de makkelijkste sport op aarde. Gewoon zo snel mogelijk je ene been voor de andere zetten. Wie dat het beste kan, wint. Mooi niet. Iedere loper kan je vertellen dat het moeilijk is om goed te hardlopen. Hoe moet je afzetten en hoe kun je het beste landen? Lange of juist een korte pas? En wat te denken van die eeuwige armzwaai?
Als je dan je bewegingen een beetje in de smiezen hebt, kun je meteen aan een nieuw onderwerp beginnen. Je ademhaling. Voor veel lopers is het onder controle krijgen en houden van de ademhaling zo’n beetje het moeilijkste wat er is. Want hoe krijg je dat in vredesnaam voor elkaar?

Neus of mond
Vaak hoor je dat de ideale loper door zijn neus inademt en door zijn mond uitademt. Dat klopt mooi niet. Door je neus krijg je veel te weinig lucht binnen om je lijf intensief aan het sporten te krijgen. Door het mondje dus (en als je daarbij ook nog eens door je neus ademt is dat natuurlijk prima). De mythe dat je in de winter door je neus moet ademen, omdat de lucht anders te koud is, moet overigens ook vooral een mythe blijven. We leven hier niet in Siberië en je krijgt het echt wel warm genoeg als je flink rent. Leer jezelf aan om zodra je gaat rennen meteen te beginnen met door je mond te ademen, anders raak je binnen no time in ademnood.

Diep via de buik ademen
Makkelijke vraag: wanneer krijg je meer lucht binnen? Als je diep ademhaalt? Of kort en oppervlakkig als een hijgend paard? Juist. En toch hoor je heel veel lopers ademhalen in een vernietigend tempo. Probeer dit te veranderen, want dat loopt echt een stuk beter. En als je dan toch bezig bent: adem zoveel mogelijk via je buik. Op die manier krijg je veel meer zuurstof binnen en daar profiteren je hardloopbenen weer van. Ook vermindert dit (waarschijnlijk) de kans op hardloopvijand nummer 1: steken in je zij.

Nog meer tips:
– Probeer bij elke twee à drie passen te ademen. Dat zorgt voor een mooie adembalans.
– Als je net begint met hardlopen, hou dan de ‘praat-grens’ aan. Loop op zo’n tempo, dat je nog kan praten, zonder buiten adem te raken. Zo weet je zeker dat je niet veel te hard loopt.
– Heb je last van je ademhaling? Dan doet even stoppen vaak wonderen.
– Focus vooral op het gecontroleerd uitademen. Inademen doe je toch wel.

De laatste tip is een dooddoener en geheel tegenstrijdig met al het bovenstaande: laat het los. Vaak is het zo dat hoe meer je over je ademhaling nadenkt, hoe slechter het gaat. Leer jezelf zo snel mogelijk een effectieve manier van lucht happen aan en geniet daarna weer lekker van de omgeving en het mooie van hardlopen.

En wil je toch door je neus ademhalen? Vooral doen maar als je daardoor te weinig lucht binnenkrijgt en omvalt adviseer ik je om onmiddellijk door je mond te gaan ademhalen!

Uit de reeks Loopgeleerdheid, door Ruud van den Eshof

Bron: ProRun